KLOKTIJD
in moeders schoenen
VAAK TE SNEL WAKKER OP ONGEWENST
UUR. DIEP IN DE NACHT GEEN MENS
OM AAN TE SPREKEN DAN
EEN DROOMBEELD.
EEN DOCHTER DIE LEERT ZWEMMEN IN DIEP
WATER EN ZIJ HAPT NAAR LUCHT.
ZEEBLAUW LICHT op DE TELEFOON EN HET DUURT
LANG NOG TOT DE OCHTEND.
LIGGEN EN STAREN EN WACHTEN.
NIEMAND HOORT JE KREUNEN NIEMAND LUISTERT
NAAR JOUW VREES.
JE KIEST HAAR NUMMER.
ZIJ MOET JOU AANHOREN.
NOOIT NEEMT ZIJ OP IN BED. MET DE OCEAAN
ERTUSSEN IS HET TE VROEG.
ALTIJD IS HET TE LAAT.
ahr
EEUWIGHEID
KAN JE NIET LOPEN MEER. IK BRENG
EEN ROLSTOEL MEE. GLOEDNIEUW.
DONKERBLAUW. GOUDKLEURIG MISSCHIEN.
IK DUW JE LANGS DE SCHAPPEN VAN SUPERMARTEN. EN STA STIL
BIJ ETALAGES VAN MODE ZAKEN. WIJ HEBBEN DE TIJD.
DEZE LUNCHROOM KEN JE. DE BEDIENING KENT JOU.
NEEM GERUST NOG EEN DRANK. MOEDER DENK NIET AAN URINEREN. ENZO. JE glimlacht.
JIJ ZET JOUW zonnebril EVEN AF. Jij ZIET JOUW GELAAT SCHITTEREN IN MIJN ontspiegelende GLAZEN. DE TROPENZON. WAT IS PARAMARIBO ZONDER JOU. DENK IK. deze stad IS LIEVER MET JOU. MOEDER KNIKT. EN MET JOU. VOORAL MET JOU. ik knik.
LACHEN. ZITTEN. STAREN EN WACHTEN. MET DE OCEAAN
ERTUSSEN IS HET ALTIJD TE VROEG. ALTIJD TE LAAT GEWEEST.
ASTRIDHROEMER